woensdag 5 januari 2011

Kali in kleinfruit.

Kali mag altijd gestrooid worden. Ook over sneeuw.
Wanneer kali wordt gestrooid met daarna de regen, dan lost de kali op en dringt in de bodem. Daarna treedt binding op aan het klei-humus complex. Op kali fixerende gronden wordt een groot deel van de kali vastgelegd, op lichte zandgronden spoelt een deel van de kali uit.
Op kali-fixerende kleigronden zou nu een deel van de nodige kali in de vorm van kaliumchloride gegeven worden. Deze meststof is goedkoper dan patentkali. Tot op heden heb ik altijd patentkali geadviseerd, omdat het effect van de chloride ionen op kleinfruit niet bekend is. Indien er iemand positieve ervaringen heeft met de toepassing van kaliumchloride in de winter dan hoor ik daar graag meer over. Voorlopig blijf ik nog bij de kaliumsulfaat (patentkali).
Op zandgronden zonder veel organische stof is het niet raadzaam nu kali te strooien.
Omdat de kali het gehele jaar nodig is, maar met name tijdens de vruchtrijping, is een gesplitste toediening aan te raden zowel op arme zandgronden als op fixerende kleigronden. Bij een volle gift aan het begin van het groeiseizoen, komt er in de bloei en in de groeifase een grote hoeveelheid in oplossing wat de opname van Calcium en Magnesium in die fase bemoeilijkt.
Naast kalichloride en kalisulfaat kan de kali ook via de toediening van organische stof in de vorm van organische mest, champost of compost gegeven worden.
Deze kali komt geleidelijk vrij hetgeen positief is voor de opname van de calcium en magnesium.
Mijn voorkeur gaat uit naar de organische vorm, maar als het organische stof gehalte al hoog is, dan is de kalibehoefte vaak minder groot en kan ook met kunstmest goed worden gewerkt.
Ga daarom de volgende zaken na:
Kijk op een recent grondmonster van maximaal 2 jaar oud.
Bepaal de hoeveelheid te geven kali. Bepaal hoeveel compost, champost of organische mest u kunt geven om aan de kali behoefte te voldoen. Zorg er daarbij voor dat de calcium en magnesiumtoevoer niet uit de pas lopen. Houdt daarbij tevens rekening met de wettelijke normen.
Een te lage aanvoer is altijd bij te mesten met kalisulfaat of kaliumchloride.
Voor kleinfruit gaat de voorkeur uit naar kalisulfaat. Een te hoge aanvoer kan leiden tot een overschot aan mineralen en daarmee de ontwikkeling van een te hoge pH.
Toepassing van de kali op fixerende kleigronden kan nu plaats vinden en in de zomer voor de vruchtrijping.
Op lichte zandgronden de eerste toediening uitstellen tot in maart.
Voor de toepassing van organische stof is het tijdstip minder van belang. Hierbij is het belangrijk de grond niet kapot te rijden.
In februari wil ik de bemesting met de klanten bespreken en een bemestingsplan opstellen.