dinsdag 26 april 2011

Eind april.

Het weer.
De verwachting is dat de droogte nog enige tijd aanhoudt, dus let op de meeldauwbestrijding de komende tijd.


Ontwikkeling bes.
Noord-Holland kent naar alle waarschijnlijkheid een einde bloei rond Koninginnedag.
Deze week spanning vanwege de rui.
Tot op heden nog weinig rui gezien.
Klanten kunnen ook kijken op het beveiligde deel van de internetsite, onder de kop PLANT. 
Daar staat informatie omtrent de bloei in Midden-Nederland van de Rovada.
Voor inloggegevens kunt u mij een email sturen. 


Spint in frambozen en in tunnels.
Door het warme en schrale weer van de afgelopen dagen is de spint in zijn element maar de roofmijt minder.
Controleer daarom de gewassen in de tunnels en buiten op spinthaarden en hoe die zich ontwikkelen.
De buitenframbozen beginnen te bloeien indien de kap er vroeg opgegaan is.
Voer, voor de bijen er bij komen, nog een behandeling met Vertimec Gold uit.


Watergeven potten.
De afgelopen dagen liep de RV soms sterk terug.
De verdamping was hoog.
Sommige gewassen konden de verdamping niet bijbenen en moesten de huidmondjes sluiten.
Dit leidde tot verlies aan droge stofproductie en daarmee tot een geringer oogstvolume. Elke groeistagnatie in de teelt van framboos leidt tot een geringere oogst.
Bij bramen is die gevoeligheid iets minder door het langere groeiseizoen.
Het controleren van de watergift is dus een zeer belangrijke factor in de teelt.
Zorg ervoor dat de potten om 12 uur volgedruppeld zijn en dan al enige drain gegeven hebben.
Controleer op dagen met een sterke verdamping tevens rond 17 uur.


Rupsen in kleinfruit.
Na de warme dagen van de laatste weken zullen de ontwikkelingen bij insecten en mijten ook sneller gaan.
Rupsen van vlinders vormen de laatste jaren een toenemend probleem in de bessenteelt. Wellicht heeft dit te maken met de toepassing van insecticiden tegen dopluizen en andere insecten.
Wellicht is het ook een gevolg van het warmere klimaat.
Feit is dat rupsen in de oogst bij veel telers voor uitwerpselen en vraat zorgen en daarmee schade kunnen veroorzaken.
Er zijn meerdere vlinders,veelal bladrollers, bij dit probleem betrokken.
Bij een ernstige aantasting kan in het voorjaar ook veel blad weggevreten worden.
Natuurlijke vijanden zijn sluipwespen en mezen.
Controleer uw gewas op het voorkomen van kleine rupsen.
Doe dit tweemaal per week.
Spuit met XenTari,  zodra de temperaturen boven 15ºC komen.
Nog beter is 20ºC
Gebruik 0,1 % in 1000 liter water per hectare.
De werking van een bespuiting is gesteld op 10 dagen.
Ga dan opnieuw controleren of er nog jonge rupsen gevonden worden en herhaal indien nodig de bespuiting.
Pas op: het middel werkt het best op jonge rupsen.
Bij een zeer hoge druk kan eventueel nog een derde bespuiting ingezet worden.
De veiligheidstermijn is 7 dagen.
Bij een lage aantasting is mijn advies: niet te spuiten.


Bladwespen in kleinfruit.
Bastaardrupsen worden soms verward met gewone rupsen.
In de bessen komen nu bijvoorbeeld groene rupsen voor.
Dit is de kleine bessenbladwesp.
Deze rupsen hebben een hekel aan bitterzout.
De grote bessenbladwesp kan niet tegen Pirimor.
Ook de bramenbladwesp is gevoelig voor Pirimor.


Wantsen.
In de teelt van bramen, frambozen en bessen wordt in de regel niets gedaan tegen wantsen.
Alleen in de opkweekfase, als er nog geen vruchten geoogst worden, kan de wants een behoorlijke groeiremming veroorzaken.
Wellicht kan in deze teeltfase het in de boomkwekerij toegelaten middel Botanigard worden gebruikt.
Dit middel is vriendelijk voor de in opbouw zijnde populaties natuurlijke vijanden.
Helaas is dit middel niet toegestaan in de teelt van houtig kleinfruit.


Bemesting bij droogte.
Evenals vorig jaar ligt de stikstof bemesting vaak nog net zo op de zwartstrook als enige weken geleden.
Na de zetting nog even voorzichtig zijn met bemesten in verband met de rui, maar na 1 mei dient de bessenstruik te groeien om voor volgend jaar weer voldoende nieuwe sterke scheuten te maken.
Bovendien wordt door de sterke groei de besgroei geremd, hetgeen over het algemeen de bewaarkwaliteit ten goede komt.
Indien de zwartstrook niet beregend kan worden, dan dient men te fertigeren met bijvoorbeeld calciumnitraat afgewisseld met magnesiumnitraat en een mengmeststof als AGROLUTION 313, in een gift van 3-5 kg zuivere stikstof per hectare per week, totdat de bovengrond weer vochtig genoeg is om weer de nodige voeding op te nemen.
Klanten kunnen een schema van de internetsite halen, nadat ze een toegangscode hebben ontvangen.
Voor de toegangscode kunt u mij een email sturen.
Indien er op basis van EC gedruppeld wordt is het van belang de totale hoeveelheid N, die men per week daadwerkelijk aan een hectare geeft, duidelijk te krijgen.
Doet men dit niet, dan kan het gemakkelijk zo zijn dat men ongemerkt te veel N geeft, met mogelijk gevolgen voor de spint, meeldauw en ziektebestrijding.

Wolluis.
Blijf uw gewas controleren op het voorkomen van wolluis.
Probeer bij voorkeur een plakmiddel als ER2 uit om de populatie in te dammen.
Kijk wat er gebeurt.